Boze tongen en de Hoge Raad

Is het slap of is het sterk dat de dames en heren van de Hoge Raad in het recente tongzoen-arrest zijn gezwicht voor de kritiek uit wetenschappelijke hoek en voor ongehoorzame rechters? Voor beide antwoorden valt veel te zeggen. 

Meer dan de helft van de rechters is vrouw. Heeft dat gevolgen? In de rechtszaal niet, meent de Utrechtse kantonrechter Kim van der Kraats. ‘Het gezag van en de waardering voor de rechter is er concreet in de rechtszaal wel, maar daarbuiten lijkt er een algemeen gezagsprobleem. Maar dat is niet erg, sterker, het is een zegen. Het feit dat de rechterlijke macht niet langer vanzelfsprekend gezag heeft, houdt rechters scherp en alert. Het kan en moet ons helpen om de kwaliteit van de rechtspraak te waarborgen.’

Of de feminisering van de rechtspraak buiten de rechtszaal inderdaad leidt tot minder vertrouwen, zou misschien eens moeten worden uitgezocht. Vaststaat dat de toename van het aantal vrouwen in de zittende magistratuur niet heeft geleid tot milder straffen, zoals populist Joost Eerdmans ooit veronderstelde. Anders gezegd: vrouwelijke rechters hebben minstens evenveel ballen als hun mannelijke collega’s. Het is alleen de vraag of de buitenwacht dat ziet.

Tegen deze achtergrond kijk ik naar de recente ommezwaai van de Hoge Raad in het recente tongzoen-arrest. In 1998 zeiden vijf mannelijke raadsheren dat ook een onvrijwillige tongzoen moest worden gezien als een vorm van seksueel binnendringen in het lichaam en dus als verkrachting.  Volgens de Hoge Raad noopte de wetsgeschiedenis tot een ruime uitleg van het begrip “seksueel binnendringen”. Deze term verving sinds 1991 het begrip “vleselijke gemeenschap”  in het verkrachtingsartikel. Bij deze wetswijziging was ook de rest van de zedenwetgeving sekse- en burgerlijkestaat-neutraal gemaakt.

De Hoge Raad besloot tot een ruime uitleg, terwijl de advocaat-generaal na een uitgebreide analyse van de wetsgeschiedenis juist tot de conclusie was gekomen dat een tongzoen moest worden gezien als aanranding. De uitspraak was dus geen juridisch slippertje.

Ongehoorzame rechters

Vijftien jaar later zeggen twee vrouwelijke en drie mannelijke raadsheren in de Hoge Raad ook dat een tongzoen geen verkrachting is maar aanranding. Er was van meet af aan veel kritiek op het oude tongzoen-arrest, verklaart de hoogste rechter. Zo was de lijn tussen verkrachting en aanranding wel erg diffuus geworden, terwijl het strafmaximum bij verkrachting twaalf jaar is en dat bij aanranding acht. Daarbij komt dat de feitenrechters de lijn van de Hoge Raad niet altijd volgden. De Brabantse rechter Lieneke de Klerk deed dat wel, zij het met tegenzin, omwille van de rechtszekerheid.

De Hoge Raad wil nu aansluiten bij het algemeen spraakgebruik en tegemoetkomen aan de kritiek dat een tongzoen niet zo ernstig is als gedwongen geslachtsgemeenschap. De Hoge Raad memoreert nu ook het verschil in de strafmaxima en wijst op de maatschappelijke repercussies die bij vermelding van verkrachting op het strafblad veel groter zijn dan bij aanranding.

Dat de dames en heren van de Hoge Raad zijn gezwicht voor de kritiek uit wetenschappelijke hoek en voor ongehoorzame rechters vind ik zowel slap als sterk. Van raadsheer Jaap de Hullu moet worden gezegd dat hij consequent is. Hij schreef destijds een kritische noot bij het eerste tongzoen-arrest. En nu hij mede aan het roer staat van de rechtsvorming wijkt hij geen centimeter. En ook de raadsheren Tineke Splinter-van Kan en Wilma Groos hebben afstand genomen van hun voorgangers. Wat overigens moet resulteren in een mildere straf.

Schoonmaakster

Er zit ook een zwak kantje aan de omslag. In het eerste tongzoen-arrest ging het om een man die thuis werd aangerand door een andere man en na de gedwongen tongzoen vreesde dat hij zou worden verkracht. In het recente tongzoen-arrest ging het om vrijwel dezelfde feiten, maar was het slachtoffer een vrouw.

Katinka Lünneman schreef in 1999: ‘… hoeveel vrouwen hebben niet ongewenst een tong in hun mond gehad, of hebben te maken met dit soort seksuele dwang, terwijl de ernst ervan niet wordt ingezien? Het blijft natuurlijk koffiedik kijken of in geval van een vrouwelijk slachtoffer anders was besloten …’

Het slachtoffer in het recente tongzoen-arrest was een vrouw die de toiletten in een ziekenhuis schoonmaakte. Vermoedelijk van allochtone afkomst. Zou de Hoge Raad ook zijn omgegaan als het slachtoffer een heteroseksuele kaaskop was geweest?

 

Naschrift:

In november 2013 heeft de Hoge Raad duidelijk gemaakt wat de tongzoen dan wél is of kan zijn: ontucht of – buiten de seksuele sfeer – dwang.