Tuchtrechter accountants strenger dan vroeger

De cliënt is mondiger, de samenleving harder en de eisen hoger. Daarom worden bij de Accountantskamer, die op 1 mei 2009 begon, meer klachten ingediend dan voorheen. De Accountantskamer blijkt iets strenger dan zijn voorgangers: bij gegronde klachten volgt tegenwoordig eerder een maatregel en vaker een doorhaling. 

‘Door de toenemende concentratie van accountants in grotere kantoren komt het steeds vaker voor dat een aangeklaagde accountant van hetzelfde kantoor afkomstig is als een lid van de Raad van Tucht.’ Dit zei de toenmalige secretaris van de Raad van Tucht Den Haag in 2000 tegen de rechtssociologen Huls en Kleiboer. (zie: Tuchtrecht op de terugtocht?) Het beeld van de slager die zijn eigen vlees keurt, bestond dus niet alleen in de buitenwereld. De tuchtrechtspraak moest onafhankelijker worden en meer op afstand worden gezet van de beroepsorganisaties.

 Onbeschreven blad

De Raden van Tucht in Amsterdam en Den Haag, die werden ondersteund door het NIVRA en de NOvAA, maakten in 2009 plaats voor de Accountantskamer, die is ondergebracht bij de Rechtbank Overijssel in Zwolle. De Haagse advocaat Folkert Waardenburg uitte in 2005 in dit blad zijn twijfels over de verhuizing. Niet alleen werken de meeste accountants in de Randstad. De expertise van de voorzitters en plaatsvervangend voorzitters zou in één klap teniet worden gedaan. ‘De rechters in Zwolle vormen op het gebied van accountantstuchtrecht een onbeschreven blad.’

Op 1 mei 2009 begon de Accountantskamer met zijn werkzaamheden, onder leiding van rechter en voorzitter Michiel Werkhoven. Het tuchtcollege bestaat uit accountants en een meerderheid van juristen. Hoe hebben deze ‘onbeschreven bladen’ het de eerste vijf jaar gedaan? Vallen hun oordelen significant anders uit dan die van de Raden van Tucht? Heeft de oprichting van een klachtencommissie bij de beroepsorganisatie geleid tot minder klachten? Heeft de vervanging van de Gedrags- en Beroepsregels en de RAC door de Verordening Gedrags Code en de NVCOS invloed gehad op de oordelen?

Meer klachten

De grootste klagers zijn het NIVRA en de NOvAA respectievelijk de NBA.

Zij hebben volgens de Accountantskamer de afgelopen jaren veel klachten ingediend naar aanleiding van kwaliteitscontroles en over te weinig behaalde PE-punten. Het aantal PE-klachten varieerde van enkele tientallen tot soms wel 200 per jaar. Overigens blijft de kwaliteitsbeheersing van registeraccountants daarbij vrijwel buiten schot. Het NIVRA heeft bij de Accountantskamer één keer een klacht ingediend tegen een registeraccountant, omdat die totaal niet meewerkte aan de kwaliteitscontrole.

Los van de PE- en kwaliteitscontroleklachten, die hier verder buiten beschouwing blijven, ontvangt en behandelt de Accountantskamer veel meer klachten dan zijn voorgangers. Bij de Raden van Tucht werden van 2004 tot en met 2008 gemiddeld 123 klachten per jaar ingediend, die uitmondden in gemiddeld 126 beslissingen. Bij de Accountantskamer liggen die gemiddelden op 152 respectievelijk 143. Als je de 57 klachten meetelt die de laatste vier jaar zijn ingediend bij de Klachtencommissie van de beroepsorganisatie kun je rustig zeggen dat de klachtenbranche floreert als nooit tevoren.

Weinig controle

Over de kern van het accountantswerk – de controle en het samenstellen van jaarrekeningen – wordt betrekkelijk weinig geklaagd. Minder nog dan bij de Raden van Tucht, zegt Philippe Boileau. Hij deed, onder meer voor zijn afstuderen als accountant, inhoudelijk onderzoek naar de tuchtklachten die tijdens de eerste jaren van de Accountantskamer zijn ingediend en behandeld. Daarbij baseert hij zich op de uitspraken die zijn gepubliceerd op accountant.nl, waar sinds 2012 samenvattingen verschijnen van alle tuchtrechtuitspraken; in de jaren daarvoor verscheen daar slechts een selectie. Ondanks deze beperking werpt het onderzoek van Boileau licht op de thema’s van de klachten en de manier waarop de Accountantskamer die al dan niet sanctioneert.

Over het samenstellen van de jaarrekening werd in 2007 en 2008 18 respectievelijk 15 keer geklaagd; in 2011 en 2012 was dat iets minder (10 resp.11). Bij de controle van de jaarrekening zijn de verschillen groter: 28 respectievelijk 6 klachten in 2007 en 2008 tegen 4 respectievelijk 11 klachten in 2011 en 2012.

Philippe Boileau: ‘Je ziet het in 2012 dus wel weer stijgen. Er zitten bekende zaken tussen zoals het Philips Pensioenfonds, Q-park, DSB-bank, Rynart en het piramidefonds van Madoff. Misschien volgen in de toekomst meer klachten als gevolg van de tekortkomingen die de AFM de afgelopen jaren heeft geconstateerd.’

Michiel Werkhoven: ‘Het is opmerkelijk dat er zo weinig klachten worden ingediend over zo’n belangrijk maatschappelijk onderwerp. Zeker nu de AFM in haar onderzoeken vermeldde dat zo weinig getoetste dossiers op orde waren. De AFM heeft hierover maar één klacht ingediend. Ook de NBA, die namens de AFM een deel van de niet-OOB- kantoren toetst, komt niet met tuchtklachten op dit terrein.’

Strenger 

Er wordt relatief veel geklaagd over accountants die overige opdrachten uitvoeren en die optreden in een speciale rol, zoals partij-accountant, bindend adviseur of forensisch deskundige. Ook klagen accountants betrekkelijk vaak over elkaar. Over declaraties en de afgifte van documentatie worden minder klachten ingediend, vermoedelijk dankzij de bemoeienissen van de klachtencommissie. Wie hierover toch een klacht indient bij de Accountantskamer heeft weinig kans op succes.Volgens Boileau worden acht van de tien klachten hierover ongegrond verklaard.

Uit zijn onderzoek komt naar voren dat de Accountantskamer klachten in het algemeen juist eerder gegrond verklaart. De Accountantskamer komt ook vaker met een zwaardere sanctie, met name (tijdelijke) doorhalingen. Michiel Werkhoven is naar aanleiding van Boileau’s onderzoek nog eens in de eigen cijfers gedoken. Hij beaamt dat de Accountantskamer klachten eerder gegrond verklaart, bij gegronde klachten eerder een maatregel oplegt en die maatregel relatief vaker een echte doorhaling is.

Een verklaring hiervoor kan zijn dat er met de invoering van de VGC en de NVCOS veel meer ‘wettelijke’ regels zijn die overtreden kunnen worden. En dat zowel de eigen beroepsgroep als de maatschappij meer eisen stellen aan de uitoefening van het beroep en kritischer zijn over het optreden van de accountant zal volgens Werkhoven ook wel zijn weerslag op de tuchtrechtspraak hebben. De vrijwel altijd gegronde PE-klachten illustreren dat de beroepsorganisatie de lat hoger heeft gelegd.

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven compenseert de strengere opstelling van de Accountantskamer enigszins. Volgens Boileau heeft de accountant daar 28,6% kans op een gunstiger en 10,7% kans op een ongunstiger oordeel.

Michiel Werkhoven durft de bevindingen over de kansen in beroep niet te onderschrijven. Omdat het een paar jaar duurt voordat het College van Beroep voor het bedrijfsleven in beroep een uitspraak heeft gedaan over het oordeel van de Accountantskamer vindt hij het raadzaam de cijfers van 2013 af te wachten. De Accountantskamer komt overigens in mei/juni met zijn verslag over 2012 en 2013.

Noblesse oblige 

Dat er sinds 2009 meer klachten worden ingediend, is volgens voorzitter Michiel Werkhoven vermoedelijk niet alleen te wijten aan de grotere mondigheid van de cliënt en de verharding in de maatschappij. ‘De samenleving is ook hogere eisen gaan stellen aan de beroepsgroep van accountants, net als aan andere professionals in het financiële verkeer. Deze hebben de afgelopen twintig jaar teveel aan het eigen belang gedacht en te weinig aan hun maatschappelijke positie. Dan kom je eerder in conflict met klanten en andere derden. Ik zie wel dat de beroepsgroep nu meer beseft dat noblesse oblige. Of dat tot minder tuchtklachten aanleiding zal geven, weet ik niet. De geest van de mondige burger gaat niet zomaar terug in de fles. Overigens zijn 150 tot  160 accountants die zich in een jaar tuchtrechtelijk moeten verantwoorden niet zo erg veel op 21 duizend accountants.’

 

AANTALLEN EN MAATREGELEN*

  2008 2010 2011 2012 2013  
ingediend 123** 136 164 157 151  
beslissingen 95 126 125 143 176  
Gegrond 29 (31%) 45 (36%) 47 (38%) 69 (48%) onbekend  
geen maatregel*** 8 (28%) 5 (11%) 7 (15%) 8 (12%) onbekend
waarschuwing 8 (28%) 13 (29%) 15 (32%) 27 (39%) onbekend
berisping 7 (24%) 13 (29%) 9 (19%) 11 (16%) onbekend
tijdelijke doorhaling**** 4 (13%) 8 (18%) 3 (6%) 10 (15%) onbekend
voorlopige

doorhaling

1 (2%) 1 (1%) onbekend
doorhaling 2 (7%) 6 (13%) 12 (26%) 10 (15%) onbekend

Bron: Accountantskamer

*) exclusief PE-zaken

**) dit is het gemiddelde van het aantal klachten van 2004 tot en met 2008 is ingediend bij de Raden van Tucht

***) de percentages van de maatregelen zijn afgezet op het aantal gegronde klachten

****) de maatregel van schorsing is per 1 mei 2009 vervangen door de tijdelijke doorhaling

 

WAAROVER KLAGEN ZIJ?

Aantal klachten per thema

  2007 2008* 2011 2012
controle jaarrekening 28 6 4 11
samenstellen jaarrekening 18 15 10 11
overige opdrachten 52 29 12 34
Accountant in speciale rol 14 2 5 8
Accountants onderling 10 6 7 20
Declaraties en afgifte dossier 20 6 9 3
Interne, overheids- en business accs 9 2 3 8

Bron: Philippe Boileau obv uitspraken die zijn gepubliceerd op accountant.nl

*) In de jaren 2009 en 2010 hebben zowel de Raden van Tucht als de Accountantskamer uitspraken gedaan; het vertroebelde beeld dat die versnippering oplevert, willen wij de lezer besparen.

 

(Dit artikel verscheen in maandblad Accountant)